Oud-kampioen Wassenaar verliest ongenadig
In zijn rijke carierre als wedstrijdschaker werd Durk Wassenaar nooit zo bruut verslagen als dezer dagen door Bauke Vroom. In de competitie van De Donger raakte hij al na 6 (!) zetten een stuk kwijt en gaf meteen op. Bernard Keizer deed het iets beter tegen periodekampioen Gerben van der Heide, maar gaf tenslotte ook pardoes een stuk weg, in een al wat verdachte stelling. Tegen Jos Visser liet Cris J. Jellema zijn paarden het werk doen, in de vorm van tempo-winst en het verslaan van de verdedigers. Christiaan Houpst wist wel raad met de hyper aanvallende stijl van Douwe Kuipers. Na de storm speelde hij koeltjes naar winst. Dat deed ook Jan Odijk, hoewel tegenstander Marten Koopmans behoedzamer begon. Maar deze overzag pionverlies, waarna ineens voor Odijk alles op zijn plaats stond. Luuk Pijl zegevierde eveneens, nadat Klaas Vlasma zijn dame moest geven voor twee stukken en Pijl’s pionnen niet meer kon keren. Na zijn fraaie winst in de vorige ronde op crack P. Hania – die helaas als verlies in de krant kwam – moest Riemer Sinia nu buigen voor Gosse Wiersma. Deze maakte Sinia’s aanval onschadelijk en won. Genoemde Hania kwam deze ronde wel tot winst, omdat Rikus Ufkes zijn hand overspeelde op de koningsvleugel. Tegen Pé Kooistra was Jan de Groot al snel een toren kwijt, maar hij hield wel het heft in handen. Na een slim paardenoffer bereikte hij remise door eeuwig schaak.
Overige uitslagen: T. de Jong – R. van der Veen 1-0, A. Vlasma – P. van Kammen remise, P. Smit – D. Pranger 0-1, W. Reijnders – J. van der Pol remise.